Foto elke dag UMR 284: Lola
Drie weken ben ik er ooit aan bezig geweest, maar toen was ik ook geheel tevreden met mijn vertaling van Lola van de Kinks. Het moet denk ik 15 jaar geleden zijn: net in die tijd werd een Nederlandse vertaling op de markt gebracht door Mouth, of McNeill, althans de mannelijke helft van Mouth en McNeill. Qua tekst vond ik de mijne er met kop en schouder boven uitsteken, ook al omdat hij veel dichter bij de oorspronkelijke strekking bleef. Maar het schrijven van liedjes en het zingen van mijn eigen teksten was altijd al meer een instrument voor mijn eigen ontwikkeling dan een bijdrage aan de vaderlandse kultuur, en dat wist ik toen ook al. Vandaar dat ik er eerder een goed gevoel van overhield: kijk, ik doe tegelijkertijd met anderen dezelfde dingen, ik volg dus de poslslag van de tijd.
Of het wat met de foto te maken heeft? Wie zal het zeggen
Hier komt hij.
LOLA
ik zag haar in een club in de Warmoesstraat
waar je champagne drinkt
omdat dat beter staat dan pepsi-cola, c.o.l.a. cola
ze kwam naar me toe en ze vroeg me ten dans
ze zei met donkerbruine stem, in plat Amsterdams:
ik ben Lola, L.o.l.a. Lola
ik wou nog wat zeggen maar ik was al te laat
ze greep me stevig beet, en ik was uitgepraat
want zo was Lola, Lola
wel ik ben niet zo dom maar wat ik niet begrijpen kan
is dat ze loopt als een vrouw, maar praat als een man
hoe kan dat Lola, Lola, Lola
we dansten daar de hele nacht
ik was in trance was in haar macht
ik deed wat ze wilde ´t was een toverfee
ze zei: hé boy ga je met me mee?
nou ik sta niet bekend als een hartstochtelijk man
maar toen ze zei wat ze wilde vatte ik haast vlam
voor mijn Lola, Lola, Lola
ik was van de kook
verblind verdoofd
´k verloor mijn hoofd
´k wist niet meer wat ik deed
´t mag een wonder heten dat ik nog leef
maar zij wou me hebben ook al zag ik groen en geel
wat wou ze toch van me ´tgreep me naar de keel
ja wat wou Lola, Lola
een heer is geen dame en een dame geen man
de verwarring is groot, ben ik bang of in de ban
van mooie Lola, Lola, Lola
ik zei dat ik nooit een vrouw had gekust
“dat komt mooi uit”, zei ze, “wees maar gerust”
ze lachte zacht , nam me bij de hand
en zei: “hé boy, ´k maak van jou een man”
nou ik weet niet zoveel dat ik de wereld ken
maar wat ik weet is dat ik een kerel ben
maar wat is Lola, Lola xx
(gesproken): wat ben je nou Lola?)