dag 118 (18 april) Bomtas
Een tas met explosieven, geen twijfel mogelijk. Gelukkig zijn we alert gemaakt op deze bedreigingen van onze veiligheid, of beter gezegd: van ons leven. Zomaar achtergelaten op het trottoir, moet ik de politie waarschuwen? Het kan immers geen zomaar door een junk weggegooide tas zijn, want hij zit zo te zien helemaal vol. Wel een rare plaats voor een aanslag eigenlijk: geen druk punt. Maar ja dat kan natuurlijk ook opzet zijn: op plaatsen waar je het niet verwacht zijn de mensen het minst alert. Bovendien is het wel een bom van een kilo of tien, het hele naastgelegen huizenblok gaat eraan. Ik ken minstens acht mensen die daar wonen, niet allemaal vrienden, maar toch jammer. En mijn ramen sneuvelen natuurlijk ook allemaal.
Opeens overvalt me de gedachte dat het misschien wel eens een tas zou kunnen zijn die door iemand per ongeluk is achtergelaten. Dat was nog helemaal niet bij me opgekomen, zo’n ouderwets idee.
Plotseling komt er een busje aanscheuren, in volle vaart de stoep op, piepende remmen, tot naast de tas. Er springt een blonde man uit de bus, pakt de tas en scheurt weer weg.
Even dacht ik nog: het is de Explosieven Opruimings Dienst, de EOD, maar die gaan denk ik toch anders tewerk.
Een enorme opluchting maakt zich van mij meester: ik ben aan een aanslag ontsnapt en kan met een gerust hart naar de tandarts.
Een vraag blijft toch nog steeds door mijn hoofd zeuren: was het wel verantwoord dat ik twintig minuten naar die tas heb zitten kijken, had ik niet toch meteen de politie moeten waarschuwen?
Veel veiligheid toegewenst vandaag.
viktor